Roel Boomstra: ‘Georgiev zei: zolang er nog coronamaatregelen gelden, wil ik niet spelen. Dat vond ik nogal gek.’Beeld Geb Kos
Jan-Cees Butter 17 maart 2021, 13:46
Het lijkt een soap, maar dan wel eentje met een dunne verhaallijn. Centrale vraag in de serie: wanneer speelt dammer Roel Boomstra (28) zijn tweekamp om de wereldtitel tegen de Rus Alexander Georgiev?
Aanvankelijk stond de WK-match gepland voor januari. Alles was geregeld, totdat Georgiev zich ineens afmeldde. De tienvoudig wereldkampioen zag het niet zitten om naar Eindhoven af te reizen, waar de tweestrijd zou plaatsvinden. “Daar was ik enorm teleurgesteld over”, vertelt Boomstra. “Georgiev zei: zolang er nog corona-maatregelen gelden, wil ik niet spelen. Dat vond ik nogal gek. Persoonlijk zou ik banger zijn in een land zónder maatregelen dan in een land waar het virus onder controle wordt gehouden. In mijn ogen was het prima mogelijk om in januari te spelen.”
Quarantaine en coronatesten waren niet genoeg
Georgiev bleef bij zijn standpunt, ondanks bemiddeling van de lokale organisatie en de internationale dambond FMJD, die een quarantaine en meerdere coronatesten voorstelden. De Rus gaf geen krimp, waarop de FMJD besloot om op zoek te gaan naar een vervanger voor hem. Het eerste recht op de WK-match had de Chinees Pan Yiming. “Hij komt het land niet uit”, zegt Boomstra. “Als je geen olympische sporter bent, dan ben je geen uitzonderingsgeval voor China. Ik kan het land ook niet in om te komen spelen.”
De internationale dambond besloot hierop de WK-match uit te stellen. Een bittere pil voor Boomstra. “Ik was in juli afgestudeerd in de natuurkunde”, vertelt de geboren Utrechter, nog steeds verbolgen over de gang van zaken. “In mijn ogen had ik een van de beste prestaties geleverd door in korte tijd in vrij goede vorm te zijn voor de WK-match. Dat had ik graag bewezen.”
Sindsdien telt hij de dagen. Nu hij geen studie meer heeft, is zijn agenda leeg en kan hij zich elke dag toeleggen op het dammen. “Dat vind ik hartstikke leuk om te doen”, zegt hij. “Ik heb nu alle tijd om naar nieuwe, interessante speltypes te kijken, waarin ik opeens allerlei nieuwe dingen ontdek. Dat is mooi.”
Sinds de uitbraak van corona speelde Boomstra één officiële partij
Er zijn echter ook momenten dat Boomstra, die in 2016 en 2018 wereldkampioen werd, moeite heeft de motivatie te vinden. “Omdat ik al heel lang geen toernooien heb gespeeld, voel ik soms niet dat ik profdammer ben.” Sinds de uitbraak van het coronavirus heeft hij slechts één officiële partij gespeeld. “Je kunt nog zo veel trainingspartijen organiseren, maar uiteindelijk houd ik natuurlijk ook van de competitie. Helaas zijn we nog niet zo ver als het schaken, waar een online circuit bestaat om het tegen elkaar op te nemen.”
Boomstra kijkt soms met enige jaloezie naar de schaakgrootmeesters, die in januari – dankzij allerlei corona-maatregelen – wél gewoon in actie konden komen op het Tata Steel-schaaktoernooi in Wijk aan Zee. “Qua professionaliteit kunnen wij nog veel leren van het schaken”, vindt Boomstra. “Het is lastig. Het landschap in het dammen is klein en alle organisatoren zijn vrijwilligers. Daar loop je altijd al tegenaan, maar op momenten zoals nu wordt dat helemaal duidelijk.”
Hoewel de dambond – 3700 leden – moeite heeft om te groeien, levert Nederland momenteel wel een aantal wereldtoppers, onder wie ook Jan Groenendijk. Zij hebben de A-status bij sportkoepel NOC-NSF, waardoor ze een maandelijkse toelage krijgen. “We trainen drie keer per maand met elkaar en werken onderling goed samen”, meent Boomstra. “Als je een stelling wilt bekijken, dan zijn er altijd spelers die je willen helpen. Ik denk dat dat de grote kracht van het Nederlandse dammen is.”
Momenteel is Boomstra in voorbereiding op het WK voor landenteams in juni in Tallinn, Estland, dat eigenlijk voor deze week gepland stond. En de WK-match tegen Georgiev? Boomstra heeft gehoord dat er wordt gemikt op december. “Het is een vreemde situatie”, stelt hij. “Maar het belangrijkste voor mij is dat die WK-match überhaupt wordt gespeeld. In mijn sport is dat het hoogst haalbare.”