Een van de meest verrassende vondsten die ik ken komt uit dit diagram. De stand ontstond in de partij Renskens,J. – Lauwen,P. NLD-chT 1a 1984. Zwart heeft zojuist 41…03-09 gespeeld en lijkt daarmee wit voor wat problemen te plaatsen. In de partij speelde wit 42.34-30? 20-25 43.39-34 en toen zwart het sterke 43…24-29! verzuimde won de witspeler.
Toch is het juist zwart die in de diagramstand in de grote problemen is. Wit kan namelijk een fantastische winst forceren.
Wit forceert de winst met 42.38-33! 20-25 [na 42…09-14 komt het spel via 43.45-40! 20-25 44.33-28 terecht in de hoofdvariant] 43.33-28 09-14 44.45-40! (vooral geen 44.39-33? 25-30 45.34×25 23-29 Z+ zoals voorkwam in de partij T.Smedinga – J.M. van der Reest 2010 met de verwisselde kleuren) 24-29 45.35-30! 29-33* Zie het 2e diagram.
Nu wint wit zeer verrassend met 46.30-24! 33×35 47.37-31! 19×39 48.28×08 26×17 49.08-03 21×32 50.03×07/01 W+
Dit fragment bewijst voor mij hoe mooi en verrassend met damspel kan zijn!
